De P.C.

Van woonstraat tot shopping paradijs

Museumkwartier

Op de Dag van de Amsterdamse geschiedenis 2011 stond ook de P.C. Hooftstraat op het programma. Jort Kelder vertelde over de flagshipstores, fashionistas en ramkraken en Annemarie de Wildt over de verdwenen winkels zoals de fourniturenwinkel van vrouwtje Vlijt, de visboer en de bakker.

P.C Hooftstraat, Dag van de Amsterdamse Geschiedenis 2011  <p>Jort Kelder legt uit hoe de typische Holleeder scooter eruit ziet. Foto: Tristan Roques.</p>

P.C Hooftstraat, Dag van de Amsterdamse Geschiedenis 2011

Jort Kelder legt uit hoe de typische Holleeder scooter eruit ziet. Foto: Tristan Roques.

Door: AM - Annemarie de Wildt

Alle rechten voorbehouden

In 1876 besloot de gemeenteraad tot de aanleg van de straat, die vernoemd werd naar de 17de eeuwse dichter Pieter Cornelisz. Hooft. In feite hebben de opbrengsten van de Vondelstraat en de P.C. Hooftstraat de aanleg van het Vondelpark mede mogelijk gemaakt. De groep gegoede burgers, die het initiatief genomen had voor de aanleg van een ‘openbaar rij- en wandelpark’ kocht veel grond aan voor de aanleg van het park. Een deel  van de grond werd al snel bouwrijp gemaakt en verkocht. Bouwspeculatie zou dat nu genoemd worden. Maar het was wel voor een hoger doel, namelijk een fraai stadspark. Met de opbrengst kon de aanleg van het park betaald worden. In de straten langs het park kwamen fraaie herenhuizen voor de elite en vrijstaande villa’s. De beroemde architect Pierre Cuypers, bekend van ondermeer het Rijksmuseum en het Centraal Station, ontwierp een deel van de huizen in de straat.

Verboden voor winkels

Aanvankelijk waren er nauwelijks winkels in de PC Hooftstraat. Het was bedoeld als woonstraat. In de Vondelstraat was het zelfs uitdrukkelijk verboden om bedrijfjes, bierhuizen of winkels in te richten. Voor de slager, de bakker, de groenteboer en de andere dagelijkse boodschappen, ging het personeel van de rijke Amsterdammers die zich in deze straten vestigden, wel naar verderop gelegen winkels. Of de jongens van de slagers en de kruideniers kwamen langs met hun transportfietsen om de boodschappen te bezorgen. Voor kleding ging men vanzelfsprekend naar kledingmagazijnen als de Bonneterie. Na de nodige protesten van de bewoners dat het allemaal te lang duurde kwam in 1881 de paardentram, eerst tot het Leidseplein en vanaf 1883 naar de Dam. Vanaf 1903 liep lijn 2 van de elektrische tram door de P.C. Hooftstraat en in 1958 verdween de tram. 

Comestibelen

Rond 1890 werden de  eerste woonhuizen verbouwd tot (comestibelen)zaken en al snel werd de P.C. Hooftstraat een winkelstraat. Er waren gerenommeerde zaken als slagerij Model-Vleeschhouwerij Heyenbrock, die in 1889 begon in een tot winkelhuis verbouwde pand op nr. 36.  Dankzij de toenemende clientèle verhuisde de vleeschhouwerij in 1893 naar nr. 88. De winkel had  een weelderig gestuukt plafond met gasverlichting en maar liefst acht houten slagershakblokken met op elk daarvan een weegschaal. In een apart kantoortje werden de boodschappen afgerekend en de rekeningen uitgeschreven. Maar er waren ook eenvoudiger slagers, bakkers en een vishandel.   

Fong Leng en Gucci

In 1971 kwamen de salon van Edgar Vos en de Studio  van Fong Leng naar de P.C. Hooftstraat. Vanaf de jaren negentig  en volgden chique buitenlandse merken als Louis Vuitton, Gucci en Bulgari. De vastgoedprijzen rezen de pan uit. Alleen de winkeliers die zelf hun pand in bezit hebben, slagen erin zich te handhaven, zoals de beide souvenirshops vlak bij de Hobbemastraat die aanvankelijk een kapper, respectievelijk een chocolaterie waren en schoenwinkel Meyer.

Inmiddels zijn de slager en zelfs de Albert Heijn verdwenen: de PC is het domein geworden van flagshopstores en fashionistas, die in hun ‘PC Hoofttractors’ door de straat trekken, bekeken door toeristen uit binnen- en buitenland. In het pand van Vleeschhouwerij Heyenbrock  zit het internationale juweliershuis Tiffany’s. Het laatste woonhuis in de straat maakte plaats voor een vestiging van Gucci. Voortdurend wordt er verbouwd in de PC. Tijdens het programma 'Bij ons in de PC' was het altijd een hele klus om de lelijke geveldoeken uit beeld te houden. Jort Kelder verbaast zich over de liefdeloosheid van de stadsbestuurders die de enige straat in Amsterdam waar we internationaal nog een beetje mee voor de dag kunnen komen, zo verwaarlozen. 'Hier komen de Russen sieraden kopen voor hun minnaressen en ze kijken niet op een paar duizend euro'. De prijzen  van vastgoed in de straat zijn enorm gestegen, maar wat de financiële crisis zal betekenen voor de PC is nog niet duidelijk.

Alle rechten voorbehouden

2218 keer bekeken