AM - Annemarie de Wildt
1928 was het jaar van de Amsterdamse Olympische Spelen. Wijnhandelaar Barend Jan de Logie verdiende geld als water. ‘Mijn opa Barend Jan heeft meteen een diamanten ring voor mijn oma gekocht´, vertelt Theo van Broekhuizen. `Hij was een vrijbuiter. Soms werd er droog brood gegeten en soms kaviaar.’ De grondlegger van het bedrijf, Daniel de Logie, is geboren in 1821 in Hoorn. In Amsterdam werkte hij als knecht in een tapperij tegenover de Munttoren en later had hij zijn eigen zaak. Wijnkopers sinds 1848 staat op de [http://www.delogie.nl/over-ons website]. De zoon en kleinzoon van Daniel heetten beiden Barend Jan de Logie. Ze zijn geboren in 1867 en in 1891. De tweede Barend de Logie betrok de winkel in de Beethovenstraat. De architectuur van de winkel is nog behoorlijk authentiek. Het is een echte winkel op een hoek, met sfeervolle glas-in-loodramen, een kelder onder de winkel voor ´de betere wijnen´. Achter in de zaak gaat een trapje omlaag naar de keuken en woonkamer, op 1 hoog waren de slaapkamers. Theo heeft er nog gewoond. ´Ongeveer tien jaar geleden, toen oma verhuisde werd de woning een kantoor’, vertelt zijn dochter Suzanne van Broekhuizen.
Oorlog
Vanuit het raam kijk je de Gerrit van der Veenstraat in. Deze straat werd in 1945 vernoemd naar de beeldhouwer en verzetsman Van der Veen. De vroegere naam Euterpestraat joeg veel mensen angst aan omdat daar het hoofdkantoor van de Sicherheitsdienst gevestigd was. In 1944 is het gebouw gebombardeerd en in de winkel werden gewonden verzorgd. De winkel in het hoekpand was tijdens de oorlog een schoonheidssalon. De wijnhandel lag nagenoeg stil. De voorraad jenever bleek echter wel een uitstekend ruilmiddel, dus honger hebben ze nooit gehad.
Erfenis
In 1964 erfde Ger van Broekhuizen, de stiefzoon van Barend Jan de zaak. Drie jaar later overleed hij. De 19-jarige Theo van Broekhuizen en zijn moeder Mia namen de zaak over. Het ging slecht, de hoge successierechten waren bijna niet op te brengen en moeder en zoon hadden de wijnhandel nog niet echt onder de knie. Eigenlijk wilde Theo helemaal geen wijnhandelaar worden maar gymleraar. Later kreeg hij de smaak te pakken en helemaal toen hij in 1981 ook begon met de import van wijn. Eerst vrijwel alleen uit Frankrijk, later ook uit Italië, Spanje en Duitsland.
Suzanne van Broekhuizen, geboren in 1981, in het jaar dat de wijnimport werd opgericht, mocht van haar vader niet in de zaak en haar zusje evenmin. Vader Theo wilde niet dat zijn dochters tegen hun zin in de winkel zouden staan. Na 7 jaar te hebben gewerkt bij de Amsterdamse politie heeft Suzanne sinds oktober 2010 een baan bij De Logie. Gewoon als werknemer. Ze houdt zich bezig met de marketing, de ontwikkeling van de ´business-to-business´, de proeverijen in de eigen loods in het Amstel Business Park. ‘Eigenlijk werkte ik al vanaf mijn dertiende mee in de zaak, onder andere door de wijnkistjes in elkaar te timmeren en te vullen. Ik vraag me trouwens af of ik op die jonge leeftijd echt iets kon bijdragen. Nu ik hier echt werk, moet ik nog veel leren’. Maar ze geniet van haar werk. Hoogtepunt van ieder jaar is de kerstavond, ofwel dé Champagneavond. Dan ontladen de weken keihard werken zich in een avond met veel champagne en lekker eten. En wil niemand meer denken aan de stapels relatiegeschenken en kerstpakketten. Ondanks de drukte proberen ze ook in de kerstdrukte tijd te maken voor klanten. De Logie probeert een `rotsvast geloof in traditionele waarden als kwaliteit, persoonlijk contact en persoonlijke service´ te combineren met het gemak van moderne verworvenheden als webwinkelen & Facebook.
Guido ter Kuile, lid van de Raad van Toezicht van het Amsterdam Museum, is al jaren klant. Omdat het in de buurt is, de kwaliteit van de wijnen hoog is en vanwege de aardige en persoonlijke bediening. Bovendien bezorgen ze thuis.
